Heropbouw appartementsgebouw: vernietiging artikel 577-7, §1, c) BW

Het Grondwettelijk Hof (in haar arrest van 20 februari 2020, 30/2020), vernietigt de regel in het nieuwe appartementsrecht, die voorschrijft dat een vereniging van mede-eigenaars niet langer unaniem moet beslissen om haar gebouw in specifieke gevallen af te breken of volledig weer op te bouwen, maar met een vier/vijfde meerderheid.
Bovendien kan elke mede-eigenaar op grond van de bestreden bepaling afstand doen van zijn kavel ten gunste van de andere mede-eigenaars indien de waarde ervan lager is dan het aandeel dat hij ten laste zou moeten nemen in de totale kostprijs van de werken. Die afstand kan, « vanuit een streven naar evenwicht tussen de aanwezige belangen » (Parl. St., Kamer, 2017-2018, DOC 54-2919/001, p. 216), in voorkomend geval gepaard gaan met « een in onderling akkoord of door de rechter vastgestelde compensatie » (artikel 577-7, § 1, 2°, h), tweede zin, van het Burgerlijk Wetboek).
De wetgever heeft rekening gehouden met het belang van de mede-eigenaar die zich verzet tegen de beslissing tot afbraak of volledige heropbouw van het gebouw. Om een billijk evenwicht tot stand te brengen tussen de vereisten van het algemeen belang en die van de bescherming van het recht op het ongestoord genot van de eigendom, dient de wetgever, gelet op de verregaande inmenging in het eigendomsrecht, evenwel in bijkomende waarborgen te voorzien.
Aangezien de bestreden bepaling ertoe kan leiden dat een mede-eigenaar afstand moet doen van zijn eigendomsrecht, dient volgens het Hof te worden bepaald dat de vereniging van mede-eigenaars haar beslissing op eigen initiatief aanhangig maakt bij de vrederechter, in afwijking van het voormelde artikel 577-9, § 2, van het Burgerlijk Wetboek, en dat de vrederechter de wettigheid van de beslissing kan beoordelen en, in voorkomend geval, aan een deskundige advies kan vragen over de geschiktheid van het bedrag van de compensatie.
Het Hof vernietigt deze bepaling in zijn geheel, omdat zij een onlosmakelijk geheel uitmaakt. Het is thans dus wachten op de ongetwijfeld snel volgende reparatiewetgeving.